maandag 16 mei 2016

Het t-shirt van Paulien Cornelisse

Paulien Cornelisse kent u misschien van haar boek “Taal is zeg maar echt mijn ding”. Of van de televisie, waar ze weleens mag vertellen over hoe ze tegen het taalgebruik van andere mensen aankijkt. Of van haar column in het blad Onze Taal. In elk geval: daar ken ik haar allemaal van.

Ik heb trouwens al haar boeken (drie) en ik lees ook elke week haar column in NRC Handelsblad. Altijd leuk geschreven, en vaak met een tekening die haar betoog ondersteunt – ook al kan ze dus eigenlijk net zo slecht tekenen als ik.

Haar column van 7 mei 2016 heette “Met-zonder-jas”. Die ging over wat je moet aantrekken als het eigenlijk nog te koud is om met zonder jas de straat op te gaan. Daarin schreef ze: “Afgelopen week was er zo’n zonnige dag die eigenlijk heel koud was. Ik zag wat optimisten in t-shirt en op slippers, die probeerden uit te stralen dat ze aan het genieten waren.”

Paulien Cornelisse die t-shirt schrijft? Veel mensen schrijven dat zo, maar die denken niet na over waar zo’n woord vandaan komt. Ik kan me nauwelijks voorstellen dat iemand als Paulien dat niet doet. Daarom leg ik het nog maar eens uit:

(tekening Nico Spilt, gebaseerd op een tekening van Paulien Cornelisse)
 
 
 
 
 
 
 
 
 

donderdag 12 mei 2016

Een boek van 6500 euro

Je hebt boeken die je in de boekenkast zet. Je hebt boeken die je op je salontafel legt. En je hebt boeken waar je een speciale standaard bij krijgt. Zo’n boek is bijvoorbeeld ‘Before they Pass Away’.

Dit is een boek waar fotograaf Jimmy Nelson jaren aan heeft gewerkt. Hij reisde de hele wereld over, op zoek naar de laatste traditionele stammen, voordat die zijn uitgestorven. Daar maakte hij portretten van met zijn grote camera. Dat leverde haarscherpe foto’s op die zijn opgenomen in een enorm boek. Prijs 6500 euro – inclusief een standaard waarop je het boek kunt presenteren aan je gasten.

Omdat ik kleinbehuisd ben, heb ik het boek zelf niet gekocht. Maar ik heb er wel wat van gezien, op televisie (DWDD, oktober 2013) en in kranten:


Naar aanleiding daarvan stuurde ik een mailtje naar Jimmy Nelson: “Wat mij bijzonder verbaast is dat veel foto’s verminkt zijn in het boek: ze zijn over de vouw geplaatst. Soms gaat de vouw zelfs dwars door gezichten heen. En dat bij zo’n duur boek, waar zoveel tijd, geld en liefde in is gestopt. Wie heeft dit bedacht? Waarom heeft u dit – als professioneel fotograaf – goedgevonden?”

Ik kreeg het volgende vriendelijke maar nietszeggende antwoord: “Voor het kleinere boek hebben we hier minder problemen mee gehad. Maar voor het grote XXL boek ligt dit qua druk en bindwerk een stuk lastiger. Dit is nog een hele opgave, iedereen die hieraan meegewerkt heeft heeft ook zo veel mogelijk zijn best gedaan om er een mooi boek van te maken. Maar er zijn keuzes die je moet maken...”

Nog een boek van 6500 euro

In april 2016 verscheen opnieuw iemand op televisie met een gigantisch boek. Dit keer was dat Marcel Wanders met ‘Masters of the Golden Age’, een boek met afbeeldingen uit de collectie van het Rijksmuseum. Schilderijen vouw je meestal niet dubbel, maar met foto’s gebeurt dat wel:


Ik heb Marcel Wanders gemaild: “Gisteren presenteerde u in DWDD het boek ‘Masters of the Golden Age’.  Prachtig boek, 6500 euro is eigenlijk geen geld. Behalve dan dat er zo te zien heel veel afbeeldingen zijn geplaatst over de vouw van het boek. Dit is een ontwerpersziekte. Op beeldscherm of plaktafel ziet het er prachtig uit, maar de koper van het boek ziet foto’s die verkloot zijn doordat een deel uit zicht verdwijnt in de rug van het boek. Met een beetje pech loopt de vouw ook nog eens dwars door een gezicht heen. Waarom doen jullie dit toch?”

Van Marcel Wanders, die ik persoonlijk nog geen visitekaartje zou laten ontwerpen, heb ik geen antwoord gekregen.

Van de twee besproken boeken zijn ook goedkopere volksedities verschenen.

Zie ook Een spectaculair fotoboek

Zie ook Gerdi Verbeet en de cliniclowns